De energietransitie: op deze thema’s zet de provincie de komende jaren in

De doelstellingen van de provincie Noord-Brabant op het gebied van de energietransitie zijn helder: in 2030 moet de helft van de energie (elektriciteit, warmte en brandstoffen) die in Brabant gebruikt wordt, afkomstig zijn uit hernieuwbare bronnen en de CO2-uitstoot moet in 2030 met 55% zijn verminderd ten opzichte van 1990. In 2050 willen we dat de provincie Noord-Brabant volledig klimaatneutraal is. In de Uitvoeringsagenda Energie 2024-2027 staat waar de provincie de komende jaren op inzet om deze doelen te behalen.
 
Twee sporen
Om onze doelen te bereiken, zetten we in op 2 sporen:
1. het verminderen van het energiegebruik door energiebesparing;
2.
het overstappen van fossiele naar hernieuwbare energiebronnen.

Beide hebben een daling van de CO2-uitstoot tot gevolg.

Energiebesparing en verduurzaming
Een belangrijk speerpunt in de Uitvoeringsagenda is het verder en sneller verminderen van de vraag naar energie. Energie die je niet gebruikt, hoef je immers niet op te wekken, te transporteren en te betalen. We zetten in op energiebesparing binnen de gebouwde omgeving en industrie, omdat voor de verwarming van gebouwen en industriële processen nog grotendeels fossiele brandstoffen worden gebruikt. Zo helpen we inwoners en ondernemers in onze provincie bij het verlagen van hun energierekening.

Hernieuwbare Energie
Om het gebruik van hernieuwbare energie te laten toenemen, zijn er meer bronnen nodig. Denk aan windmolens en zonnepanelen, maar ook bijvoorbeeld aan duurzame, lokale warmtebronnen. We willen dat de energietransitie haalbaar, betaalbaar en rechtvaardig is en vanuit die principes proberen we onze projecten zoveel als mogelijk in te steken. Zo vragen we ontwikkelaars afspraken te maken met omwonenden over sociale randvoorwaarden, zoals bij het windpark Energie A16. Hierbij landen opbrengsten in een fonds dat weer ten goede komt aan nieuwe lokale energieprojecten.

Gedeputeerde Energie Bas Maes: “De energietransitie is niet alleen belangrijk om klimaatverandering tegen te gaan, maar het is nadrukkelijk ook een sociaaleconomische transitie. Iedere Brabander moet eraan mee kunnen doen en ervan mee kunnen profiteren.”

Energie beschikbaar en toegankelijk
Om onze doelen te halen, is het cruciaal dat energie beschikbaar én toegankelijk is. Zo moet er voldoende ruimte op het stroomnet zijn om iedereen van energie te voorzien. Op dit moment is die ruimte er niet in onze provincie. Als we versnelling mogelijk willen maken, moeten netbeheerders het probleem van transportschaarste (‘file’ op het stroomnet) zo snel mogelijk aanpakken. Daar waar mogelijk helpt de provincie door samen met onze partners te werken aan oplossingen voor een snelle uitbreiding van het elektriciteitsnet. Daarnaast helpen we bij de ontwikkeling van warmtenetten en zetten we in op slimme uitrol van laadinfrastructuur en verschillende vormen van energieopslag.

Gebiedsaanpak
Op verschillende plekken in onze provincie spelen verschillende grote maatschappelijke vraagstukken, waaronder de energietransitie. Deze belangrijke ontwikkelingen vragen om een gebiedsaanpak, zoals bij de verduurzaming van de industrie en bedrijventerreinen, maar ook rondom de warmtetransitie in verschillende wijken. Door een gebiedsaanpak te ontwikkelen op deze terreinen, werken we aan slimme, gecombineerde oplossingen die ook kunnen worden toegepast bij vergelijkbare vraagstukken in andere delen van de provincie.

De Uitvoeringsagenda wordt aangeboden aan Provinciale Staten ter bespreking. Na deze bespreking wordt de agenda later in 2024 vastgesteld.


Dit is een artikel van Provincie Noord-Brabant.

Het duurzaamheidssucces van Van den Bosch

Een Pionier in ISO14083 Verificatie
Woensdag 27 maart brachten een delegatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), georganiseerd door Topsector Logistiek, een bezoek aan Van den Bosch in Erp. Dit bezoek leverde inspirerende inzichten in de toepassing van ISO14083, een norm die zich richt op het meten en toewijzen van CO2-uitstoot in transport en logistiek. Van den Bosch bood een diepgaande blik op de inspanningen, successen, uitdagingen en ervaringen op het gebied van duurzaamheid en supply chain management en de weg naar ISO14083 verificatie.

Van den Bosch staat bekend als de Supply Changer in bulk en is een specialist in bulktransport, voor droge en vloeibare bulkstoffen in Europa, Afrika, het Midden-Oosten en Azië. Het bedrijf heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot 1964, toen Ad van den Bosch zijn onderneming in Erp met één truck startte. Vandaag de dag heeft het bedrijf meer dan 730 medewerkers en heeft het zich gecommitteerd aan het verminderen van zijn CO2-uitstoot.

Een van de kernaspecten van hun duurzaamheidsinitiatieven is het actief opzoeken en inzetten van intermodale oplossingen. Door 90% van hun transport via intermodale routes te laten verlopen, vermindert Van den Bosch de impact van hun activiteiten op het milieu aanzienlijk. Dit omvat onder andere het verkennen van alternatieve transportmodaliteiten zoals over water, waarbij koeling wordt gebruikt om de houdbaarheid van producten te verlengen en de kwaliteit te behouden.

Een cruciaal onderdeel van hun duurzaamheidsaanpak is het verzamelen en delen van data met klanten. Door klanten inzicht te geven in factoren zoals locatie, kwaliteit en temperatuur van ladingen, streeft Van den Bosch ernaar om transparantie te bieden en samen te werken aan duurzame oplossingen. Dit omvat ook het gebruik van verschillende coderingssystemen op containers om de scheiding van verschillende soorten ladingen te garanderen, zoals voedsel versus chemische producten.

Het proces van CO2-uitstootberekening bij Van den Bosch is grondig en omvat het nauwkeurig bepalen van de uitstoot per transportmodaliteit en per type container. Dit stelt het bedrijf in staat om gerichte maatregelen te nemen om de uitstoot te verminderen, zoals het optimaliseren van vrachtwagenbeladingen en het actief zoeken naar mogelijkheden om lege ritten te minimaliseren.

De prestatie van Van den Bosch om als eerste ISO14083 geverifieerd te zijn voor hun methode van meten en toewijzen van CO2 uitstoot is indrukwekkend. Hiervoor nam zij deel aan een pilotgroep, in 2022 geïnitieerd door Topsector Logistiek.  Door als eerste deze verificatie te behalen, heeft het bedrijf bewezen voorop te lopen in het voldoen aan strenge duurzaamheidsnormen. Dit succes werd mogelijk gemaakt door nauwgezette berekeningen van CO2-uitstoot, waarbij elke transportmodaliteit en type container grondig werden geanalyseerd. Maar ook door mensen de tijd en ruimte te geven om er echt in te duiken en alles te onderzoeken en uit te zoeken.

Dat is ook het advies aan andere bedrijven, begin! Doe onderzoek, stel vragen en kijk bij anderen. Wie nu begint, kan vooruit werken, testen en nog fouten maken. Start dus op tijd, neem kleine stapjes en je ziet al snel de waarde van wat je doet.

Voor Van den Bosch is ISO14083, naast validatie van hun duurzaamheidsinspanningen, ook een manier om hun klanten te ondersteunen bij het nakomen van de eigen duurzaamheidsdoelstellingen. Want Van den Bosch streeft ernaar om ook anderen te helpen op hun duurzaamheidsreis, onder andere met de inrichting van een Academy. Daar worden eigen  medewerkers getraind op mogelijkheden het vervoer duurzamer te maken en medewerkers van bijvoorbeeld partners of klanten. Denk daarbij aan defensief rijden, goed bandenmanagement, het juist uitvoeren van alle procedures rond tanktransport maar ook een efficiënte manier van plannen, etc.

Het werkbezoek benadrukte ook de bredere context van duurzaamheid in de transportsector, met vermelding van regelgeving zoals de komende CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive) en initiatieven als de vrachtwagenheffing, die ook een belangrijke rol gaan spelen in het stimuleren van verdere verduurzaming binnen de sector.

Van den Bosch speelt een vooruitstrevende rol in het bevorderen van duurzaamheid in de logistieke sector en loopt behoorlijk voorop. Hun benadering, die gebaseerd is op samenwerking, transparantie en continue verbetering, biedt waardevolle inzichten en inspiratie voor andere bedrijven die streven naar een meer duurzame toekomst. Met een combinatie van innovatie, data-gestuurde besluitvorming en een toewijding aan samenwerking, is Van den Bosch een inspirerend voorbeeld van hoe duurzaamheid en zakelijk succes hand in hand kunnen gaan in de moderne wereld van transport en logistiek.

Dit is een artikel van Topsector Logistiek.

15 mei 2024: Bitterballentafel: Wat is de waarde van gedeelde data voor het optimaliseren van je planning?

Terugblik:

Iedereen heeft last van files, laten we met elkaar verkennen of we in de regio hier een positieve bijdrage aan kunnen leveren door anders naar onze planningsdata te kijken. Dit willen we verkennen met jullie…de ondernemers in de regio.
Dat was de insteek van Vijfsterren Logistiek en Logistiek Digitaal voor de bitterballentafel over slim (her)doseren op 15 mei in Den Bosch.

We gingen deze middag aan de slag met de vraag; Kan je operationele voordelen halen als je pre-trip planningsdata van verschillende bedrijven in de regio over elkaar heen legt?

De regie was in handen van Nicolien Hendrickx – Programma Manager van Vijfsterren Logistiek. Na de inloop bij Brasserie F @DeGruyter, met koffie/thee en wat zoets, trapte zij de bijeenkomst af met een korte introductie van Vijfsterren Logistiek en het programma. Daarna volgde een rondje voorstellen van de aanwezigen.

Hugo Hugo Bankers – Adviseur Digitalisering bij Logistiek Digitaal nam het stokje van haar over en schetste de weg van het idee Slim Doseren. Ontstaan uit een gesprek met Wilbert van Uden van Van Uden-Bekx Transport, over de drukte op de N279. Hugo ging met het idee op pad en de route ging langs oa. TLN, Universiteit Twente, evofenedex, DIL en uiteindelijk Vijfsterren Logistiek. Om zo te beginnen in Brabant, maar ook in de regio Twente zijn al gesprekken gevoerd.

Logistiek Digitaal is een programma-onderdeel van DIL en helpt mkb’ers in transport en logistiek met digitaliseren en staat klaar om samen de volgende stap te maken.

Wil jij verder praten met Hugo of een van zijn collega’s over Slim Doseren of Logistiek Digitaal? Neem dan contact op via contact@logistiekdigitaal.nl.

Robbert JanssenMinisterie IenW / TransportBeat gaf vervolgens een aantal voorbeelden van projecten met datadelen. ‘Zonder logistiek staat alles stil’ is een bekende kreet, maar het zorgt soms ook voor overlast, schade, onveiligheid en uitstoot.

Er zijn al diverse initiatieven die moeten helpen om tot een veilig, efficiënt, en duurzaam transport te komen, daarbij ook rekening houdend met leefbaarheid, duurzaamheid en omgeving.

Data delen tussen overheid en (logistiek)bedrijfsleven kan hier een middel bij zijn. De CBS wegvervoersenquête is hier een voorbeeld van, bij de meesten wel bekend, en ook Connected Transport. Maar gemiddeld genomen is het digitaal nog niet optimaal en is de kostenverhouding van de mogelijkheden nog niet helemaal goed.

Wil jij meer weten over dit soort projecten? Neem dan contact op met Robbert via robbert.janssen@transportbeat.nl.

Na een korte pauze, met natuurlijk het eerste rondje bitterballen was het woord aan Ruud ArtsData in Logistics.
Het programma Digitale Infrastructuur Logistiek (DIL) onderzoekt en stimuleert het slimmer inzetten van data-uitwisseling in het goederenvervoer met de Basis Data Infrastructuur (BDI). De BDI is een afsprakenstelsel om gezamenlijk data uit te wisselen. Wie mag welke data inzien en hoe kan uitwisseling van informatie veilig plaatsvinden? Zo kunnen ketenpartijen efficiënt, veilig en vertrouwd digitaal en geautomatiseerd zakendoen.

Met de Living Labs van DIL testen ze direct in de praktijk nieuwe manieren om data te delen in de logistieke (goederenvervoer)keten. In een veilige projectomgeving leer je door te doen, wordt direct in de praktijk resultaat geleverd en stimuleren ze tegelijkertijd anderen om ook op deze manier data te gaan delen.

Wil je meer weten over DIL en de Living Labs? Neem dan contact op met Ruud via ruud.arts@datainlogistics.nl.

Rob Bemthuis – net gepromoveerd aan Universiteit Twente was de laatste spreker, om de aanwezigen wat inspiratie te geven. Technologie is vaak niet het probleem, maar hoe je het gebruikt, vertelt Rob. Je hebt een geplande keten, maar in de praktijk kan je op alle punten in deze keten problemen krijgen, waardoor de keten verstoord wordt. Op al deze punten heb je ook data, als je deze kleine ‘snippets’ data weet te ontsluiten en een selectie hiervan deelt, zou dat meer veerkracht in de keten op kunnen leveren.

Het delen van data kan gevoelig zijn, maar met bv. federatief leren, zou je selectief modellen kunnen delen, waarbij de privacy en veiligheid gewaarborgd blijft. Ook met process mining kan je processen optimaliseren en efficiënter maken.

Ben jij benieuwd naar de kennis van logistieke processen van Rob? Neem dan contact met hem op via r.h.bemthuis@utwente.nl.

Er was deze middag ook vooral veel ruimte voor interactie met de aanwezige bedrijven. Hoe gaan zij om met datadelen? Doen ze dat al? En wat zien zij als voor- en nadelen?
De aanwezigen geven vrijwel allemaal aan nog weinig data te delen en de planning doen zij meestal zelf. Wel is er het besef dat het wellicht de toekomst is, al heeft nog niet iedereen duidelijk of/hoe dat voor zijn bedrijf zou werken. De interesse hier wat meer in te duiken is er zeker wel.

De uitdaging in de logistiek is dat je niet alle data hebt, je hebt dus suboptimale informatie. Het zou handig zijn als data op een gecontroleerde manier geanalyseerd zou kunnen worden. Als je in control bent in de keten kan je daar op acteren en als je data van verschillende partijen over elkaar heen kan leggen krijg je beter inzicht.

Een dataspace/ecosysteem waar we met elkaar een plek hebben en afspraken maken, hoe we dat veilig kunnen doen en toch de controle houden over onze eigen data, zou hiervoor een mooie oplossing zijn.

Via onderstaande groene button kan je de presentaties van deze bijeenkomst nog eens teruglezen.

Na afloop van het informatieve programma was er nog volop tijd verder te praten en te brainstormen over de mogelijkheden van datadelen, met een 2de ronde bitterballen en een lekker drankje.

 
Meer informatie:
Mocht je nog vragen hebben over deze bijeenkomst of dit onderwerp, neem dan contact op met Nicolien Hendrickx via nicolienhendrickx@vijfsterrenlogistiek.nl.
 
In samenwerking met:

Trans-Imex Warehouse biedt nu ook opslag als Douane-Entrepot

Binnenkort gaat Trans-Imex van start als Douane-Entrepot in hun warehouse, ook wel een bonded warehouse genoemd. Maar wat betekent dat eigenlijk? Simpel gezegd slaan ze producten tijdelijk op waar nog geen invoerrechten en andere heffingen zoals BTW over zijn betaald. Zolang die voorraad tussen hun vier muren staat, dragen zij de verantwoordelijkheid.

Klanten kunnen de goederen voor onbepaalde tijd opslaan totdat de goederen worden geplaatst onder een volgende douaneregeling, worden vernietigd of het douanegebied van de Unie verlaten. Natuurlijk kunnen de goederen ook in het vrije verkeer van de Unie worden gebracht, op dat moment worden de invoerrechten en andere heffingen alsnog betaald.

Het is weer een nieuwe uitdagende dienst voor Trans-Imex, waarmee ze hun klanten nog completer kunnen bedienen. Zij kunnen niet wachten!

Interesse in de mogelijkheden? Neem dan contact op via info@trans-imex.nl / 0413-350588.

Dit is een artikel van Trans-Imex.

Digital Data Square Zuid-Nederland

Met het project ‘Digital Data Square Zuid-Nederland’ gaat Logistics Community Brabant, samen met haar regiopartners REWIN West-Brabant, Midpoint Brabant, Vijfsterren Logistiek en Supply Chain Platform Zuidoost-Brabant, aan de slag om de digitaliseringsgraad van het Supply Chain werkveld in Zuid-Nederland verder te verhogen. In samenwerking met 17 deelnemende bedrijven zijn recent vier proeftuinen gestart rondom de data- en digitaliseringstechnieken: AVS (Augmented reality – Virtual reality – Serious gaming), SSCC (Smart Supply Chain Contracts), robotisering en Digital Twin. 
 
Het consortium hoopt hiermee: slimme oplossingen en toepassingen te kunnen realiseren voor proces- en ketenoptimalisatie; een kennisintensief supply chain werkveld te realiseren; toegevoegde waarde te creëren voor het supply chain werkveld op het gebied van data- en digitaliseringstechnieken én generieke tools en oplossingen te ontwikkelen. 
 
Bas Holland (LCB-Business Developer): “Er liggen veel uitdagingen op ons logistieke bordje. Factoren zoals klimaatverandering, vergrijzing en supply chain verstoringen, benadrukken het belang van een innovatieve en toekomstbestendige supply chain. DDSZ verstrekt de basisconditie en het aanpassingsvermogen van bedrijven in de supply chain. Dit doen we niet op papier, maar op de werkvloer en niet alleen voor het groot bedrijf, maar juist ook voor het MKB.”
 
4 proeftuinen
Omdat digitalisering meerdere specialismes bevat, is het project onderverdeeld in 4 proeftuinen:
• AVS (Augmented reality – Virtual reality – Serious gaming) waarbij de laatste AVS-technieken worden doorontwikkeld, getest en in de praktijk toegepast.  Met name inzet van AVS voor het onboarden en trainen van medewerkers krijgt hierbij de aandacht. 
• Robotisering en data-driven robotiseringstechnieken worden in de proeftuin doorontwikkeld en getest zodat bijvoorbeeld complexe multitask pick & pack processen gecombineerd en gekoppeld kunnen worden. 
• SSCC (Smart Supply Chain Contracts) combineert Artificial Intelligence, Internet of Things, blockchain en identifying (SSI/DID’s) technieken in cloud-oplossingen zodat deze werkbaar in te zetten zijn voor zelfregulerende supply chain processen. 
• Digital Twin waarbij de Digitale Atlas verder doorontwikkeld wordt. Hiermee is met één druk op de knop realtime de bereikbaarheid van Zuid-Nederland beschikbaar.
Op 21 september 2021 was de kick-off van het project.
 

Subsidie
Het project ‘Digital Data Square Zuid-Nederland’ is mogelijk gemaakt door een bijdrage uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling in het kader van OPZuid én door een bijdrage van de Provincie Noord-Brabant. De subsidieperiode loopt tot en met 31 december 2023. 

Ga voor alle informatie naar de website van LCB/DDSZ.

Zuid-Nederland spint garen bij nieuwe data- en digitaliseringstechnieken

Onlangs werd het subsidieproject Digital Data Square Zuid-Nederland (DDSZ) succesvol afgerond. 2 jaar lang werkten zo’n 20 bedrijven samen om de digitaliseringsgraad van het Supply Chain werkveld in Zuid-Nederland verder te verhogen.

Nicolien Hendrickx, projectleider DDSZ: “Het was fantastisch om met deze ondernemende bedrijven innovaties in de praktijk te realiseren. Met de begeleiding van Logistics Community Brabant en haar regiopartners REWIN West-Brabant, Midpoint Brabant en Vijfsterren Logistiek, zijn deze bedrijven echt een stap verder gekomen met digitalisering. In 4 proeftuinen (AVS, robotisering, smart supply chain contracts en digital twin) zijn de deelnemers aan de slag gegaan en zijn bruikbare innovaties ontwikkeld.

Zo hebben Frigo Breda en VDL Automated Vehicles onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van autonoom transport
op semi-openbaar terrein. Pharox, Collect+Go en Sentors ontwikkelden een app waarmee chauffeurs hun lading ontime kunnen registreren. Alba Concepts heeft op innovatieve wijze vormgegeven aan verduurzaming op basis van data binnen de bouwsector, waar carbon credits het uitgangspunt zijn. Deze, maar ook alle andere innovaties, komen beschikbaar voor de markt.”

Onderzoek waar het werkveld écht om vraagt
Het DDSZ-project is niet het enige project waar LCB kartrekker van is. Inmiddels zijn er al vele succesvolle projecten afgerond en er gaan er nog veel meer komen. “Dat is juist de kracht van onze organisatie, zegt LCB-directeur Leo Kemps*. Wij zitten aan tafel bij Brabantse MKB-ers en weten zodoende welke vragen er spelen. Ons doel is om partijen bij elkaar te brengen en zo samen toe te werken naar nieuwe innovaties op logistiek gebied. Met name digitalisering en verduurzaming worden steeds belangrijker. Daarom zijn dat ook de twee speerpunten waar wij de komende jaren mee aan de slag gaan.”
Ons doel is om partijen bij elkaar te brengen en zo samen toe te werken naar nieuwe innovaties op logistiek gebied.

Nieuwe koers
Met een nieuw strategisch plan gaat LCB een nieuwe koers varen. “Er gebeurt in Noord-Brabant ontzettend veel op logistiek gebied en tegelijkertijd snakken bedrijven naar vernieuwingen en logistieke oplossingen”, zegt Leo Kemps. “Daarom zijn wij nú met onze achterban in overleg over onze maatschappelijke bijdrage voor de toekomst. Wij blijven een neutraal platform en zijn continu op zoek naar mogelijkheden om de logistiek in Brabant ‘future proof’ te ontwikkelen.

*Sinds februari 2024 is Leo Kemps met pensioen. Zijn functie is in december 2023 overgenomen door Daan Quaars.

Dit is een artikel van Brabant in Business.

Bedrijven hebben groot belang bij regionale samenwerking

Hoe houd je je als ondernemer staande in deze zeer dynamische wereld? De consument is kritisch, veeleisend en veranderlijk, de concurrentie groot. Gelukkig telt onze regio Noordoost-Brabant veel goede ondernemers en diep gewortelde ondernemingen die voor onderlinge kruisbestuiving zorgen. Dat betekent echter niet dat we achterover kunnen leunen, waarschuwt Fleur de Best, regiomanager Noordoost-Brabant van VNO-NCW Brabant Zeeland.

Bijna de helft van de ondernemers vindt Nederland namelijk geen aantrekkelijk land meer om te ondernemen. Eén op de vijf bedrijven overweegt zelfs te vertrekken uit Nederland, blijkt uit de jaarlijkse peiling die VNO-NCW en MKB-Nederland uitvoerden. Dat geldt ook voor bedrijven in Brabant. Dat zijn schokkende cijfers. Fleur benadrukt dat daardoor het belang van samenwerken alleen maar groter wordt, ook regionaal. “De opgaven zijn té groot, niemand kan het alleen.”

Het belang van een goed ondernemersklimaat
VNO-NCW Brabant Zeeland is een ondernemingsnetwerk dat ondernemers versterkt, verbindt en vertegenwoordigt. Zij bieden een platform om kennis en ervaringen uit te wisselen en dragen via lobby en belangenbehartiging bij aan het verbeteren van het vestigingsklimaat. Over dat vestigingsklimaat maakt Fleur zich juist zorgen. En niet alleen Fleur, ook de ondernemers.

“Uit de laatste peiling is gebleken dat meer dan 75 procent van de ondernemers vindt dat het ondernemingsklimaat de afgelopen vijf jaar is verslechterd. Een kwart geeft aan de komende twaalf maanden niet meer te investeren. Zorgelijk want die investeringen zijn juist de motor van ons verdienvermogen. Bedrijven en ondernemers zorgen voor de innovatie en houden de motor van de regio draaiende. Dankzij hen kunnen we ook onder andere politie, zorg en onderwijs blijven financieren. Daarom is een goed ondernemersklimaat van cruciaal belang, voor ons allemaal.”

Wat maakt een regio aantrekkelijk? 
“Het totaalplaatje moet kloppen”, stelt Fleur. “De uitdagingen in de regio Noordoost-Brabant, die we al voelen en die de komende jaren nog meer voelbaar worden, liggen nu vooral op het gebied van arbeidsmarkt en energietransitie. Maar ook de beschikbaarheid en kwaliteit van water worden een steeds groter probleem.” 

Een aantrekkelijk vestigingsklimaat vraagt een integrale aanpak volgens Fleur. “Het gaat ook om een goede bereikbaarheid, voldoende passende huisvesting en faciliteiten, zoals scholen, sportvoorzieningen, cultuur, winkels, horeca. De overheden hebben daarin vooral een faciliterende rol, zoals het op tijd verlenen van vergunningen zodat er geen vertraging ontstaat. Daarnaast is het goed dat er in de regio samen met AgriFood Capital aan versterking van het startup ecosysteem wordt gewerkt.”

Goed in samenwerken
“De samenwerking tussen lokale overheid en ondernemers gaat in onze regio steeds beter. Partijen zoeken elkaar steeds meer op, waar ze vroeger soms tegenover elkaar stonden. Mooie voorbeelden zijn de Economic Board in Oss en de duo-aanpak in Meierijstad waar wethouders en ondernemers samenwerken aan belangrijke thema’s. Er ontstaat meer vertrouwen en besef dat we elkaar nodig hebben. Zo richtte Koning Willem I College vorg jaar de Omgevingsraad op waarin bedrijven kunnen meedenken over de koers van het regionale opleidingscentrum.  Vanuit VNO-NCW Brabant Zeeland probeer ik aan deze en andere initiatieven mijn steentje bij te dragen, onder andere door het delen van best practices.” 

Er ontstaat meer vertrouwen en het besef dat we elkaar nodig hebben voor een goede toekomst voor inwoners, ondernemers en werknemers
De regio Noordoost-Brabant loopt voorop als het gaat om regionaal samenwerken, vindt Fleur. “We waren de eerste arbeidsmarktregio in Nederland die het 1werkcentrum oprichtte. Hier kunnen werkgevers, werknemers en werkzoekenden terecht met al hun vragen over werk en personeel. Een initiatief van gemeenten, UWV, VNO-NCW Brabant Zeeland, Noordoost Brabant Werkt, onderwijs, ontwikkelbedrijven, vakbonden, SBB, LeerwerkLoket en Werkgeversservicepunt Noordoost-Brabant. Een echte gezamenlijke inspanning!”

RNOB Ondernemerstafels
In 2022 is RNOB gestart met Ondernemerstafels. Hier delen ondernemers en lokale overheid, zowel ambtelijk als bestuurlijk, kennis met elkaar over onder andere de maatschappelijke opgaven. Tegelijkertijd biedt het gelegenheid om te laten zien welke ondersteuning ondernemers in Noordoost-Brabant kunnen krijgen voor bijvoorbeeld innovaties.

Fleur is vanuit VNO-NCW als klankbord betrokken bij de organisatie van deze Ondernemerstafels. “Het idee van de Ondernemerstafels is goed: elkaar opzoeken en kennis delen. Zo leren we elkaar en elkaars werelden beter kennen. Maar het is niet eenvoudig om een programma aan te bieden dat voor een bredere doelgroep relevant is en om er dan voldoende deelnemers voor te krijgen. Wat voor de een interessant en verrijkend is, kan voor de ander gesneden koek zijn of misschien juist wel te ingewikkeld. Dat vind ik echt wel een aandachtspunt. Mijn advies is daarom om vooral ook aan te haken bij wat er al is, zoals bij de klankbordgroepen van VNO-NCW Brabant Zeeland. Wij organiseren klankbordgroepen met ondernemers op de vier belangrijke thema’s, waaronder Milieu & Duurzaamheid en Arbeidsmarkt & Onderwijs.”

Eén boodschap richting Den Haag
Ook richting het Rijk ziet Fleur verandering. “Het Rijk maakt het momenteel extra uitdagend voor ondernemers. Ze schuiven beslissingen voor zich uit, passen gemaakte regelgeving aan en ook de vertraging in de kabinetsformatie werkt niet mee. Het is frustrerend dat bedrijven die willen verduurzamen dat niet kunnen, omdat er onvoldoende elektriciteit of ruimte is. Dit komt niet ten goede aan het ondernemersklimaat, dat al zo kwetsbaar is. Als regio is het daarom nog belangrijker dan ooit tevoren om samen op te trekken. Niet alleen als gemeenten onderling, maar ook met bedrijven en met provincie, zodat we met één gezamenlijke boodschap richting het Rijk kunnen gaan.”

Al met al vindt Fleur dat we het als regio goed doen. “Laten we de ingeslagen weg vervolgen, koers houden, elkaar blijven opzoeken en samen ervoor zorgen dat Noordoost-Brabant aantrekkelijk blijft voor inwoners, ondernemers en werknemers.” 

Dit is een artikel van RNOB.

Tot hier! Afscheidscollege Leo Kemps

Met enkele stevige stellingen over de staat van ons logistieke landschap én onderwijs, nam Leo Kemps op 22 februari afscheid van Logistics Community Brabant. Zo’n 250 bezoekers luisterden in een goed gevulde collegezaal naar het afscheidscollege vanwege zijn aanstaande pensionering. 
 
Na woorden van afscheid vanuit het werkveld, alumni en onderwijs, was het voor Leo tijd om van wal te steken. In een college van een ruim uur nam hij de bezoekers mee in 33 jaar onderwijs, logistiek, innovaties en ‘the good old days’. Alleen zenden was er niet bij; de bezoekers waren vooraf door middel van gekleurde shawls ingedeeld in verschillende groepen. Daarmee werd eenvoudig zichbaar gemaakt hoe de verschillende doelgroepen reageerden op de stellingen die werden voorgelegd aan de collegezaal. 
 
Verkeerde film
Volgens Leo Kemps zitten we in een ‘verkeerde film’; een money driven verspillingseconomie waarbij nauwelijks aandacht is voor maatschappelijke values. “We verschuilen ons achter bestaande systemen en we laten het met z’n allen gebeuren. Neem als voorbeeld het tenderen; als een sinaasappel wringen wij bedrijven uit totdat er geen sap meer uitkomt. Is dat wat wij partnership noemen? We moeten terug naar écht samenwerken en vertrouwen hebben in elkaars kwaliteiten!” 
 
Tussen de oren
Niet alleen het economische klimaat kwam aan de orde, ook de staat van het Nederlandse onderwijs werd bediscussiceerd. Want ook al gingen de ontwikkelingen in het onderwijs van het ouderwetse krijtbord naar een smart board en van frontaal onderwijs naar blended learning; het gaat uiteindelijk om het eindresultaat. Ben je als docent in staat om tussen de oren van de student te komen?! “De mens en zijn/haar passie is daarbij belangrijker dan systemen of processen eromheen. Helaas wordt daar te vaak aan voorbij gegaan”, zegt Leo Kemps. 
 
Subsidie
Om kennisontwikkeling verder aan te jagen is samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs nodig. “Hierbij is subsidie een onmisbaare incentive om innovaties voort te brengen, maar laat subsidies ‘flexibel’ zijn; de wereld van vandaag kan er morgen heel anders uitzien. Dat hebben wij de afgelopen jaren wel gemerkt. Om dan afgerekend te worden op basis van je initiele subsidieaanvraag is vaak onverteerbaar”, aldus Kemps. 
 
Loopbaan
Als docent economie is Leo in 1990 gestart aan de Verkeersacademie in Tilburg. De Verkeersacademie fuseerde met de NWIT uit Breda en beide instituten gingen gezamenlijk door als NHTV, Hogeschool voor Toerisme en Verkeer. Daar werd hij achtereenvolgens opleidingsmanager en academiedirecteur. In 2018 werd hij directeur van Logistics Community Brabant; een samenwerkingsverband van BUas, Tilburg University, KMA en TU Eindhoven met als doel om logistieke innovaties in Brabant te bevorderen. 
 
Nieuwe directeur

Op 1 december jl is Daan Quaars, voormalig wethouder van de gemeente Breda, aangetreden als opvolger van Leo Kemps. “Samen hebben wij ruim 2 maanden op kunnen trekken. Pure luxe maar ook noodzaak, zegt Leo Kemps. Door alles wat er in de wereld gaande is, is er in veler opzichten behoorlijk wat veranderd. Door onze vele gesprekken heb ik er een goed vertrouwen in dat Daan LCB naar een volgend level kan tillen.”

Dit is een artikel van LCB.

Brabantse binnenhavens bundelen zich

Het wordt alleen maar drukker op de N279: ‘Tijd voor actie’

In de onlangs verschenen verkeersanalyse N279 Veghel-Asten valt te lezen dat het de komende jaren alleen maar drukker wordt op de autoweg. Zo is in 2040 de hoeveelheid vrachtverkeer verdubbeld. Platform Ondernemend Meierijstad (POM) luidt de noodklok: “Is een salamander in de sloot belangrijker dan het voortbestaan van onze kernen?”, vragen Anton Bolwerk en Jos van Asten van het POM zich hardop af.

Laten we allereerst even het geheugen opfrissen, want er wordt al jaren gesteggeld over de toekomst van de N279. Het noordelijke traject ’s-Hertogenbosch en Veghel is in 2016 opgewaardeerd tot een autoweg (80 km/uur) met 2×2 rijstroken en ongelijkvloerse kruisingen.
Het probleem zit hem echter in het zuidelijke deel tussen Veghel en Asten dat nog is uitgevoerd als 2×1 rijstroken met gelijkvloerse aansluitingen. Provinciale Staten stelde in 2018 een zogenaamd Provinciaal Inpassingsplan (PIP N279 Veghel-Asten) vast. Dit plan is in december 2021 door de Raad van State vernietigd met als belangrijkste argumenten: het ontbreken van rechtsgelijkheid voor omwonenden, het ontbreken van nut en noodzaak voor omleiding en het gebruik van verouderde verkeersgegevens voor milieueffectrapportage (MER) en inpassingsplan. “Met als gevolg dat er niks is veranderd. De problemen rond bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid spelen nog steeds en worden de komende jaren alleen maar groter”, vreest Van Asten.

‘Failliet van de democratie’
In 2022 is een plan van aanpak vastgesteld voor een nieuwe start van het project. Een eerste stap daarin was het uitvoeren van een actuele verkeersanalyse. De conclusie: het wordt alsmaar drukker (onder andere door meer inwoners, meer zakelijk verkeer en meer arbeidsplaatsen) en dus neemt de vertraging op de N279 de komende jaren verder toe. Bovendien nemen de knelpunten in omvang toe. Bolwerk en Van Asten maken zich grote zorgen. “Er wordt drie jaar uitgetrokken voor een uitgebreid participatietraject. Wij vinden dat absurd lang. Daarnaast is het geen garantie dat mensen daarna niet alsnog naar de Raad van State stappen om de boel te vertragen. Met een participatietraject ontneem je mensen namelijk niet het recht om bezwaar te maken. Het is tijd voor actie. We kunnen niet maar blijven wachten en uitstellen. De leefbaarheid van Meierijstad staat op het spel”, aldus beide heren.

Vrachtwagenheffing
Een van de mogelijke verklaringen van de toename van het vrachtverkeer, naast een stijging van het aantal arbeidsplaatsen en het aantal inwoners, op de N279 is dat vrachtwagens uitwijken van snelwegen naar onderliggend wegennet als gevolg van vrachtwagenheffing, wat leidt tot een toename van 28 procent op provinciale wegen (waaronder N279) en 10 procent op gemeentelijke wegen. De vrachtwagenheffing is op basis van het aantal gereden kilometers, waardoor een kortere route via N-wegen aantrekkelijker wordt dan een snellere route via A-wegen.

Bolwerk is binnen POM trekker van het thema bereikbaarheid en mobiliteit en werkt bij Van den Bosch in Erp. Hij is niet tegen het participatieproces, maar vindt dat we in Nederland zijn doorgeslagen: “Het is een beetje het failliet van de democratie. Men maakt over van alles en nog wat bezwaar en heeft overal last van.” Van Asten vult aan: “Iedereen wil sneller, beter en meer. Maar als het de eigen leefomgeving betreft mag er niks veranderen. Voor het minste of geringste wordt een rechtszaak aangespannen. Daardoor lopen talloze projecten vertraging op.”

Volgens Van Asten moeten er keuzes worden gemaakt. “Het is geen cafetariamodel hè? Zorg ervoor dat mijn omgeving alleen maar beter wordt en laat de rest maar zitten. Zo werkt het niet. Aan keuzes maken zitten nu eenmaal negatieve gevolgen. Wij willen geen inwoners pesten of de natuur de nek omdraaien. Wij willen Veghel en Meierijstad bereikbaar en leefbaar houden. Bovendien hecht POM veel waarde aan een veilige doorstroom en een veilige omgeving voor inwoners en werknemers.”

Verschillende knelpunten
Als je bij Veghel op de N279 onder de A50 doorgaat kom je binnen no time vier stoplichten tegen. Tel daar de op- en afrit van de A50 bij op en je hebt verschillende knelpunten te pakken. Bolwerk en Van Asten zijn voorstander van het volledig aanpakken van de weg. Dus niet maar een gedeelte, nee, meteen alles meenemen. Van Asten: “De weg moet in ieder geval verbreed worden om de veiligheid te vergroten en de doorstroom te verbeteren. Maar het is belangrijk dat je ook de kop (aansluiting A50 bij Veghel) en de staart (Asten) aanpakt. Als je alleen het tussenstuk opwaardeert en de kop en de staart niet, dan verschuif je het probleem en houden we dus een probleem. We willen een oplossing.”

Voor Meierijstad spreekt het knelpunt bij de op- en afrit van de A50 het meest tot de verbeelding. Uit de verkeersanalyse blijkt dat het daar vooral ’s ochtends erg druk is. De oorzaak van de vertraging ontstaat dus bij de kruising met de A50. Als een dergelijk knelpunt niet wordt aangepakt, heeft het weinig zin om capaciteit toe te voegen aan de wegvakken waar de terugslagfile, op de N279, staat. De vertraging wordt daarmee niet opgelost, aangezien de oorzaak bij het kruispunt A50/N279 ligt. Bolwerk: “De oplossingen die tot nu toe worden aangedragen gaan dwars door Veghel. Ik vind dat geen robuuste oplossing of we moeten gaan werken met hoogteverschillen of een tunnel. Alleen dan loop je weer tegen een ander probleem aan. Er is 250 miljoen vrijgemaakt voor het aanpakken van de N279. Als we voor een robuuste oplossing willen gaan dan moet er geld bij. Want voor 250 miljoen realiseer je geen tunnel, omleiding of fly-over.”

Boerdonk te koop?
Tegenstanders van de verbreding van de N279 schermen met luchtvervuiling en geluidsoverlast. Volgens Bolwerk is het belangrijk om alles in perspectief te zien. “De wereld draait gewoon door. Auto’s en vrachtwagen worden steeds schoner en stiller. Gaat dat snel genoeg? Het kan altijd sneller, maar daar zit natuurlijk wel een positieve ontwikkeling in die ervoor gaat zorgen dat er vanuit sustainability-oogpunt echt wel een verbetering gaat komen. Daarom moet je naar de toekomst kijken.” Van Asten vult aan: “Bezwaarmakers grijpen alles aan: geluid, fijnstof, een onjuiste verkeerstelling of een procedurefout. Maar er is ook zoiets als maatschappelijk belang.” Bolwerk knikt: “Is een salamander in de sloot belangrijker dan het voortbestaan van onze kernen? Als we niets doen dan moeten we accepteren dat je een uur in de file staat tussen Keldonk en Heeswijk-Dinther. Is de regio Veghel dan nog wel zo aantrekkelijk voor bedrijven en toekomstige inwoners? Het gaat momenteel heel goed in Meierijstad, maar dat we moeten we wel zo zien te houden.” 

Volgens Bolwerk gaan leefbaarheid en bedrijvigheid hand in hand. “Als de bedrijvigheid afneemt dan komt de leefbaarheid binnen een dorp onder druk te staan. Dat geldt voor alle kernen en zeker voor de kleine dorpen in Meierijstad. Als daar niemand kan en wil wonen dan verdwijnt de basisschool, het café en de bakker.” Van Asten benadrukt dat POM geen inwoners wil pesten. “Wij willen samen de problemen oplossen. Er zijn mensen die zeggen ‘er is genoeg industrie, stop er maar mee’. Maar dat is te makkelijk. Dan worden er ook geen woningen bijgebouwd en voorzieningen verdwijnen. Kijk naar een aantal dorpen in Noord-Groningen, Zuid-Limburg en bijvoorbeeld Spanje. Daar trekken de jongeren massaal weg.” Bolwerk: “Als we hetzelfde gaan meemaken, dan staat Boerdonk als dorp dadelijk te koop, omdat er niemand over is.”

Waarom geen snelweg?
Een snelweg van Den Bosch naar Asten, waarom is dat eigenlijk geen oplossing?
Van Asten: “Goede vraag. De N279 Veghel-Den Bosch is destijds aangelegd als 100 kilometer per uur weg. Zo hard mag je tegenwoordig ook op de snelweg. Maar ik denk dat als mensen er gemiddeld 60 kilometer per uur kunnen rijden, dat ze dan al heel gelukkig zijn.”

‘Bereikbaarheid staat onder druk’
Van Asten legt uit wat de gevolgen kunnen zijn wanneer de N279 verder dichtslibt? “Het is slecht voor het vestigingsklimaat. Als de bereikbaarheid onder druk staat, je tegelijkertijd je arbeidsmigranten niet gehuisvest krijgt, er geen ruimte meer is op het energienet en je bedrijf niet mag uitbreiden… Dan zijn er misschien wel alternatieve locaties interessanter.”
POM wil dat naast de doorstroom ook de veiligheid wordt aangepakt. De N279 staat te boek als een van de onveiligste provinciale wegen van Nederland. Bolwerk: “De weg wordt links en rechts al omschreven als de dodenweg.”

Fietsplan
Van Asten vindt het belangrijk om mee te geven dat het POM zich niet blindstaart op het alleen aanpakken van de autoweg. “Natuurlijk willen wij ook dat meer mensen de fiets pakken. Wij stimuleren bedrijven om een fietsplan aan te bieden of beter nog gratis fietsen beschikbaar stellen voor hun werknemers.” Uit de verkeersanalyse blijkt bijvoorbeeld dat veel Veghelaren gebruik maken van de N279, omdat het op en rond de Maxwell Taylorbrug geregeld vaststaat. Wat opvalt is het hoge aandeel korte autoritten (minder dan 5 kilometer) op deze Maxwell Taylorbrug. Hier liggen kansen voor de fiets, want als deze korte ritten met de auto vervangen worden door de fiets, wordt de N279 ook minder belast.
Hetzelfde geldt voor het openbaar vervoer. Ook daar liggen kansen. “Absoluut, maar dan moet er wel wat in te verdienen zijn. Dus als we allemaal in de auto blijven zitten, heeft het niet zoveel zin”, besluit Bolwerk.


Dit is een artikel van Stadskrant Veghel.

Alliance Healthcare bouwt tweede distributiecentrum in Veghel

Alliance Healthcare blijft bouwen in Veghel. De pharma specialist bouwt een tweede dc in de Brabantse plaats.
Opende Alliance Healthcare in 2022 zijn nieuwe Healthcare Campus, het nieuwe hoofdkantoor van Alliance Healthcare en distributiecentrum van Alloga in Veghel, in 2024 komt daar een groot dc bij.
 
Het 26 voetbalvelden groot en volledig duurzame dc krijgt een klein broertje erbij van zo’n drie voetbalvelden. Dit distributiecentrum gaat de distributie van farmaceutische producten en medische hulpmiddelen verzorgen voor de openbare-, poliklinische- en ziekenhuisapotheken.
 
De buitenzijde van het gebouw wordt momenteel afgewerkt en ook het laad/los-perron is al klaar. Rondom het gebouw wordt de rest van de bestrating momenteel aangelegd. De meeste activiteiten vinden op dit moment in het pand plaats.
 
Automatisering Knapp
Om de kwaliteit en efficiency van zijn dienstverlening in de totale distributieketen te verbeteren, kiest Alliance voor automatisering in samenwerking met Knapp, dat ook het houten Bestseller dc inricht. Zo zal er een A-frame komen voor de verwerking van hardlopers. Daarnaast komt er een shuttlesysteem met 17..000 bakken en 63 robots. Het systeem telt 21 niveaus verdeeld over drie gangen.
 
De rollenbanen, ontstapelaars, omsnoeringsmachines, en pickstations staan inmiddels op hun plaats. De volgende fase is de verdere afbouw, het technisch operationeel maken van de installaties en het testen van alle systemen. Juni 2024 moet het dc operationeel zijn.
 
Dit is een artikel van Warehouse Totaal.

Zo haalt en houdt Jumbo medewerkers binnen

Personeelstekort speelt ook Jumbo parten. Om medewerkers binnen te halen en te houden, investeert het bedrijf onder meer in zijn eigen academy.
 
Personeel is de sleutel tot het succes van de supermarktketen. Jumbo, dat ook fors inzet op automatisering in zijn distributiecentra, investeert daarom in zijn eigen academy om mensen te halen en te houden.
 
Karel de Jong, supply chain directeur Jumbo: “Je kunt heel veel focus leggen op het werven van nieuwe medewerkers, maar als het aan de achterkant net zo hard er weer uit loopt, dan ben je een duiventil. Wij hebben onze Jumbo Academy waarin taal- en vaktrainingen worden gehouden zodat mensen de kans krijgen zich te ontwikkelen bijvoorbeeld van logistiek medewerker naar reachtruck. We hebben inmiddels ook opleidingstrajecten van aankomend orderverzamelaar of thuisbezorger tot vrachtwagenchauffeur.” Dat vertelt De Jong in een groot interview met Warehouse Totaal.
 
Leiderschap Jumbo
En dat soort trajecten hebben we ook op het gebied van leiderschap. Ik denk dat leiderschap heel erg belangrijk is in het behoud van medewerkers. Dus in ons Jumbo-leiderschapskompas, zoals we dat dan noemen, is échte aandacht voor de medewerker een heel belangrijk aspect. Dat uit zich in voldoende overleg; leidinggevende vrijspelen om op de werkvloer te zijn. Heel bewust minder kantoortjes en computerwerkzaamheden en meer tijd voor de medewerkers en de werkvloer. En ja, bij ons gaan ook wel eens dingen niet goed, zoals in ons e-fulfilmentcentrum in Raalte waar de werkdruk te hoog opliep en de manier van communicatie beter moet. Via onder meer open rondetafelgesprekken en onze Jumbo Academy proberen we dit op te lossen.
 

Dit is een artikel van Warehouse Totaal.

Jumbo vernieuwt WMS in alle distributiecentra

Jumbo investeert in zijn systemen onder de motorkap van zijn distributiecentra. Alle warehouses krijgen onder meer een nieuw WMS.

Jumbo investeert flink in zijn logistiek. Niet alleen zichtbaar met nieuwe, geautomatiseerde distributiecentra. Ook onder de motorkap wordt fors vernieuwd. Met name op WMS gebied.

Locus WMS Jumbo
Het oude Locus WMS, erfenis van de overname van C1000 in 2012, dat in alle dc’s actief is, wordt geupgrade. Of beter gezegd compleet vernieuwd, aldus Karel de Jong, supply chain directeur Jumbo Supermarkten. “We krijgen een complet nieuwe Locus systeem. De dc’s in Raalte en (NDC) Veghel zijn al over. De regio dc’s Woerden, Beilen, Veghel en Breda volgen komend anderhalf jaar. Die vernieuwing is nodig om sneller en preciezer te zijn.”

ERP SAP
Jumbo pakt ook zijn ERP systeem van SAP aan. “We hebben een SAP systeem, ooit meegekomen met de overname van Super de Boer in 2010. We zijn toen op een draaiend platform ingestapt, Jumbo had zijn eigen systeem. Dat wordt nu langzaamaan volledig vervangen. We gaan dus naar een groot nieuw bedrijfsbreed SAP-platform dat ons op dat gebied weer volledig bij de tijd brengt, en klaar voor de toekomst ook.”

Het dc in Nieuwegein draait en blijft draaien op Witron WCS systeem. Jumbo investeert nog meer op het gebied van digitalisering, automatisering en personeel. Alle details zijn medio december te lezen in de special Koplopers (alleen voor abonnees)


Dit is een artikel van Warehouse Totaal.

31 januari 2024: Bijeenkomst: Met nieuwe energie het nieuwe jaar in!

Terugblik:

Wat een positieve energie was er bij de bijeenkomst ‘Met nieuwe energie het nieuwe jaar in!’ van Vijfsterren Logistiek op 31 januari! Met een mooie club enthousiaste mensen hebben we 2024 hiermee afgetrapt, bij De Helden van Kien in Sint-Oedenrode.

Het thema van deze bijeenkomst was nieuwe energie. We gingen in op oplossingen in verduurzaming vanuit 3 invalshoeken met Solarge, Van Kessel/Quantron AG en Varo Energy. Behalve deze boeiende presentaties was er ook volop tijd om te brainstormen, te netwerken én gezellig bij te praten met een hapje en drankje in winterse sferen.

Nicolien Hendrickx – Programma Manager van Vijfsterren Logistiek opende de middag met een kort welkom en met een vooruitblik op de jaaragenda van Vijfsterren Logistiek. Er staan alweer een paar inspirerende events in de planning, zie de presentatie hieronder. En daarnaast deed Nicolien een oproep aan de aanwezigen aan te geven over welke onderwerpen zij graag geïnformeerd willen worden, zodat we als Vijfsterren Logistiek nóg beter in kunnen spelen op wat er leeft bij de achterban.

• De eerste spreker was Jörgen Derksen van Solarge. Hij nam ons mee in de mogelijkheden van ‘de zon als bron’.
Er zijn nog veel bedrijven zonder zonnedak, om uiteenlopende redenen. Zo is 40% van alle daken niet geschikt voor conventionele zonnepanelen, moet er eerst gerenoveerd worden, verhuurder of verzekering doet lastig, er is geen noodzaak of tijd om het op te pakken, het is te kostbaar of heeft geen zin vanwege netcongestie. Voor al dit soort problemen wil Solarge een oplossing bieden. Deze Nederlandse fabrikant produceert daarom zonnepanelen die 50% lichter en 100% circulair zijn, een 80% lagere CO2 voetafdruk en 0% PFAS hebben. Deze panelen zijn vanwege het lage gewicht heel geschikt op bestaande gebouwen. Daarnaast neemt Solarge de panelen terug als de levensduur op is, zodat alle materialen weer hergebruikt kunnen worden als grondstof voor nieuwe panelen, volledig circulair dus.

Wil je weten welke oplossingen Solarge jou kan bieden?
Klik voor meer informatie en mogelijkheden op de presentatie hieronder en/of neem contact op met Jörgen via jorgen.derksen@solarge.com of 06-54988417.

Bart de Keuster van Van Kessel en Sharon van Beek van Quantron AG wilden ons triggeren over waterstof in transport en vervoer. En ons informeren over de Subsidieregeling Waterstof in Mobiliteit (SWiM) die in de zomer van 2024 verwacht wordt, en die de inzet van waterstof aangedreven trucks, bestelauto’s en bussen wil stimuleren.
Van Kessel uit Milheeze exploiteert inmiddels 3 waterstof tankstations en distribueert waterstof met speciale tube trailers. Er is een energiemix nodig voor de energietransitie; HVO, elektrisch en waterstof hebben allemaal specifieke voor- en nadelen. Van Kessel wil meer ervaring opdoen met waterstof om zo een voorsprong op te bouwen. De subsidieregeling (SWiM) die dit jaar komt geeft een mooie gelegenheid om de mogelijkheden van waterstof te testen. Van Kessel wil hiermee aan de slag, ze hebben meerdere potentiële locaties beschikbaar en zoeken nog samenwerking met bedrijven die willen investeren in waterstof trucks of bussen.

Wil je meer weten over de subsidieregeling waterstof en/of ben je geïnteresseerd in samenwerking?
Neem dan contact op met Bart via b.dekeuster@vankesselolie.nl of 06-25067207.

Quantron AG uit Augsburg (DE) bouwt reeds bestaande bedrijfsvoertuigen om naar zero emissie en gaat dit jaar de eerste 40-tons waterstof aangedreven trucks op de weg zetten. Zij bieden verschillende voertuigen aan, deze halen ze vanuit Azië naar Europa en passen ze aan naar elektrisch of waterstof, daarbij hebben zij zo’n 700 mogelijke servicepunten in Europa voor after sales. Interessant is dat ze deze aanpassingen maken in het chassis, waardoor de voertuigen er hetzelfde uit blijven zien en dezelfde functies beschikbaar blijven als dieselvoertuigen, zodat het voor de chauffeurs ook niet teveel aanpassen is. Waterstof voertuigen krijgen ook nog een batterij als aanjager en reservetank. Op dit moment rijdt bv. IKEA Wenen in Oostenrijk al met voertuigen van Quantron AG, maar ook in Nederland kunnen zij deze voertuigen aanbieden.

Wil je meer weten over de elektrische- en waterstofvoertuigen van Quantron AG?
Klik voor meer informatie en mogelijkheden op de presentatie hieronder en/of neem contact op met Sharon via s.vanbeek@quantron.net of +49 (0)17617898444.

Bas van Oosterhout en Erik Geensen van Varo Energy blikten met ons vooruit naar de energiemix van de toekomst en zetten ons aan het denken over energie-alternatieven. VARO Energy helpt bedrijven in de Logistiek als leverancier van onder andere biobrandstoffen, biogas/bioLNG en eMobility oplossingen. Om de CO2 uitstoot over een gehele vloot te reduceren zijn er verschillende mogelijkheden voor handen. In deze sessie deelde VARO Energy een perspectief op de betaalbaarheid, beschikbaarheid en CO2 impact van verschillende decarbonisatie oplossingen voor nu en de middellange termijn.
Europa heeft meer dan 6,2 miljoen trucks, een groot deel daarvan rijdt in Nederland en België, dat is zo’n 186 biljoen liter diesel, dus de energietransitie is hard nodig. De toekomst ligt bij groene waterstof, maar starten bij grijze waterstof is een goed begin. De prognose voor 2030 is dat het niet mogelijk is om tot 1 brandstof te komen, het zal steeds een mix van brandstoffen worden. De onzekerheid en onvoorspelbaarheid maakt het voor bedrijven nog wel lastig om het juiste te kiezen voor hun vloot. We staan voor een grote uitdaging, maar dat zero-emission belangrijk is, is wel duidelijk.

Wil je meer weten over de energiemix van de toekomst?
Klik voor meer informatie en mogelijkheden op de presentatie hieronder en/of neem contact op met Bas via bas.van.oosterhout@varoenergy.com of 06-16373420.


Meer informatie:

Mocht je nog vragen hebben over deze bijeenkomst of dit onderwerp, neem dan contact op met Nicolien Hendrickx via nicolienhendrickx@vijfsterrenlogistiek.nl.

Mede mogelijk gemaakt door:

14 december 2023: Event: Regio Deal Leefbare Stad

Terugblik:

Met een terugblik op de behaalde resultaten, maar ook met een aankondiging van nieuwe initiatieven, sloot Logistics Community Brabant op 14 december 2023 het Regio Deal-project ‘Leefbare Stad’ af. Dit deed zij samen met alle betrokken stakeholders, studenten en geinteresseerden in de Digitale Atlas van de Leefbare Stad. 

Digitale kijkdoos genereert betrouwbare inzichten voor de stad
Om steden klaar te stomen voor de aangekondigde zero emissiezones in 2025, startte LCB in 2021 met het project Leefbare Stad, Ondersteund met een Regio Deal subsidie en in samenwerking met Argaleo, Dat Mobility, Stratopo, Move Mobility en Breda University of Applied Sciences werd een projectplan opgesteld. Al snel werd duidelijk dat de B5-steden naar een onderligger zochten; over welke problematiek praten wij en hoe verhoudt zich dat tot onze stad? Met dit vraagstuk werd de Digitale Atlas geboren: een hulpmiddel voor dialoog en kennisversnelling over personen- en goederenmobiliteit in de stad. Gevuld met publieke en verrijkt met besloten data een bron van informatie voor inrichters en gebruikers van de stad. 
 
Early adaptors
Early adaptors Jan de Rijk, DHL, Jeroen Bosch ziekenhuis, Jumbo en de gemeente ’s-Hertogenbosch geloofden in het nut en noodzaak van de Atlas en stelden data beschikbaar. Studenten en onderzoekers gingen ermee aan de slag en onderzochten de toegankelijkheid en beschikbaarheid van bedrijventerreinen, evenementenlocaties, lastmile beleveringen en bezoekersstromen in de stad. Ethische vraagstukken werden daarbij steeds afgewogen: kies je voor de snelste of de meest veilige route? Nieuwe inzichten en opgeleverde datasets leverden een significante bijdrage aan de Digitale Atlas van de Leefbare Stad. 
 
Actuele informatie
Het absolute voordeel van het werken met de Digitale Atlas is dat het gebruik maakt van ruim 200 publieke data bronnen die voortdurend worden geactualiseerd. Ruud Weijmans, themamanager Leefbare Stad: “Recente ontwikkelingen als gevolg van bv Corona, oorlog in Oekraine en de energietransitie worden steeds geupdated. Daardoor kunnen vertegenwoordigers van gemeentes, bedrijfsleven en de kennisinstellingen inzichten verkrijgen waarbij de situatie van vandaag beoordeeld wordt en beslisingen genomen kunnen worden op vraagstukken van morgen. Dank daarbij aan bezoekersstromen voor binnensteden en bedrijventerreinen, TomTom-verkeersinformatie, stikstof uitstoot langs provinciale- en rijks wegen, herkomst en bestemmingsinformatie van personen en goederen vervoer.”
 
Gebruik maken van de Atlas
Nu de Atlas bewezen gereedschap is moet de volgende stap gezet worden: onder de aandacht brengen bij een bredere doelgroep. Daarmee gaat LCB terug naar de eerste stap in het Regio Deal-project: steden klaarstomen voor de aangekondigde zero emissiezones in 2025. Nu mét onderbouwd communicatiemiddel! 
 
Doorontwikkeling
Rust roest, dus ook na de introductie zal de Atlas onderhevig blijven aan veranderingen. LCB heeft daarom een visie opgesteld voor 2024 en gaat met studenten en experts werken aan de volgende vraagstukken:
• Logistiek en Stad: de zero emissiezones zijn per 2025 van kracht. Daarom komt er verdiepend onderzoek naar beleveringen en bezoekers in de stad. Daarnaast ook onderzoek naar bouwlogistiek: hoe optimaliseer je bouwstromen en verhoog je efficiency en veiligheid zodat de overlast rondom een bouwplaats geminimaliseerd wordt. 
• Imago logistiek vastgoed: het huidige imago van de logistiek leidt onder een negatief beeld; te veel transport op de weg en horizonvervuilers in de vorm van magazijnen en DC’s. LCB gaat onderzoeken of deze magazijnen ook een bijdrage kunnen leveren aan de huidige energie transitie, Last Mile distributie en het mogelijk integreren met overige functies zoals recreatie en wonen.
• Containertransporten van Rotterdam naar Brabant: In eerdere projecten onderzocht LCB al de mogelijkheden van multimodaal transport over water, spoor en weg. Rotterdam verwacht in de komende jaren een groei door te maken naar 26,5 miljoen TEU. Wat betekent deze groei voor de verbindingen naar Noord-Brabant? Hoe kan de registratie van containertransport over water nu verder in de Digitale Atlas uitgebreid worden? Waar ontstaan knelpunten in het huidige netwerk en met welke maatregelen kan dit voorkomen worden? 
 
Daan Quaars, directeur LCB: “Bedrijven en gemeenten worden nadrukkelijk uitgenodigd om te participeren in de ‘Leefbare Stad’-visie 2024. Dit past ook geheel in de nieuwe LCB 2.0-strategie die wij voor ogen hebben. Daarin zoeken wij in de vorm van communities nóg meer naar samenwerking en verbinding met onze stakeholders. Informatie met elkaar delen is daarbij een vereiste; alleen dán brengen wij logistieke innovaties in Brabant verder en genereert, in dit geval, de Digitale Atlas nog betere inzichten voor een leefbare stad.” 
 
Subsidie
Het project ‘Leefbare Stad’ is van start gegaan op 1 januari 2021 en wordt formeel afgesloten op 31 december 2023. Het project is mogelijk gemaakt door een bijdrage uit de Regio Deal Midden West-Brabant Makes & Moves. Aan dit project werkten Argaleo, Dat Mobility, StraTopo, Move Mobility, Tilburg University, Technische Universiteit Eindhoven en Breda University of Applied Sciences mee. 

Sligro en Euser nemen deel Simon Loos over

Sligro Food Group Transport en Koninklijke Euser gaan een deel van de activiteiten van Simon Loos overnemen. Het gaat om ongeveer 260 medewerkers die de overstap maken, zo’n 10% van het personeelsbestand van de wegvervoerder. Daarnaast koopt Sligro 121 vrachtwagens van Simon Loos.

De overname betreft de transportactiviteiten van zes vestigingen van de Sligro Bezorgservice, waarbij de groothandel vanuit dc’s direct aan een aantal grote klanten levert. Op deze zes locaties wordt het transport uitbesteed aan Simon Loos. Sligro neemt die activiteiten nu op drie locaties over, namelijk in Amsterdam, Berkel en Rodenrijs en Drachten.

Op de drie andere vestigingen (Vianen, Vlissingen en Sluis) neemt Euser het transport over van Simon Loos. ‘​​Met deze overdracht geven wij een invulling aan onze ambitie om te groeien en in te zetten op de andere bedrijfsactiviteiten’, zegt Peter Appel, ceo van Simon Loos.

Van de 260 medewerkers gaat ongeveer drie vierde naar Sligro en een vierde naar Euser. De overname heeft volgens Sligro geen gevolgen voor de arbeidsvoorwaarden, werkgelegenheidssituatie of standplaats van het personeel. Sligro verwacht dat de acquisitie per 1 januari definitief wordt. ‘De ondernemingsraden hebben inmiddels positief geadviseerd met betrekking tot deze voorgenomen transactie’, schrijft Sligro. De bedrijven noemen geen overnamebedrag.

Koen Slippens, ceo van Sligro Food Group: ‘Hiermee zetten wij een stap voorwaarts om met Sligro Food Group Transport een deel van onze transportactiviteiten zelf uit te voeren. Onze chauffeurs hebben het laatste contact met onze klanten in het dagelijkse bestel- en leverproces, dat vinden wij waardevol.’

Elektrisch vervoer
Sligro richtte de Sligro Food Group Transport dit voorjaar op. Volgens Slippens vormt de overname ‘een belangrijk fundament’ voor de transporttak.

‘We zijn in Amsterdam gestart met 25 elektrische trucks van Renault’, laat Wilco Jansen, hoofd Communicatie bij Sligro weten. ‘Voor het einde van dit jaar zijn die allemaal ingestroomd. In het eerste kwartaal van 2024 stromen de volgende 25 in, van het type Mercedes eActros. Die zijn ook voor de vestiging in Amsterdam. Deze wagens vervangen stap voor stap bestaande dieselauto’s, zodat we in de loop van volgend jaar de stad Amsterdam volledig elektrisch kunnen bevoorraden.’

Sligro draaide in 2022 een nettowinst van 39 miljoen euro, bijna twee keer zoveel als in 2021. Simon Loos maakte vorig jaar ruim 850.000 euro winst, terwijl de transporteur in 2021 nog een verlies van 1,1 miljoen te verwerken had.


Dit is een artikel van Nieuwsblad Transport.

15 november 2023: Online Meet-up Duurzaamheid

Terugblik:

Duurzaamheid is een hot topic en dit zal de komende jaren alleen maar toenemen. Iedereen zal zijn steentje bij moeten dragen aan een duurzame toekomst.

Wat moet je regelen voor 2024 en wat is de tijdlijn daarna?
De EU Green Deal heeft als doel een netto uitstoot van broeikasgassen van nul in 2050. Er gelden vanaf 2024 een aantal nieuwe regels en in deze online meet-up van Vijfsterren Logistiek gingen we daarover in gesprek.

Na een korte introductie van Programma Manager Nicolien Hendrickx over Vijfsterren Logistiek en DDSZ, gaf zij het woord aan Onno Smits – Logistics Engineer bij Boostlogix.
Onno gaf toelichting op de wet en regelgeving waar bedrijven mee te maken krijgen, zoals de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD). De CSRD wetgeving schrijft voor hoe er gerapporteerd moet worden over niet financiële informatie van een bedrijf. De regels gaan niet voor iedereen op hetzelfde moment in, maar het is verdeeld in categorieën. Voor bv. grote bedrijven die nu de NFRD rapportageplicht hebben gaat de wetgeving vanaf 1 januari 2024 in, voor kleinere bedrijven/MKB pas in 2026, maar zij kunnen al wel eerder met CO2 rapportage te maken krijgen in de samenwerking met andere partijen. Het is belangrijk dat je kijkt onder welke van de 3 scopes jouw bedrijf valt en in welke scopes jouw partners vallen.

De roadmap wetgeving begint in 2024 met CO2 berekeningen (de beschikbaarheid van de juiste data, en het berekenen en analyseren van de uitstootgegevens). In 2025 krijg je te maken met de restricties van Zero Emissie zones (voor welke steden en voertuigen geldt dit, en wat zijn alternatieven). En in 2027 komt er een CO2 belasting, waarbij je gaat betalen per kg uitgestoten CO2.

Via de groene button hieronder klik je door naar de presentatie van Boostlogix, waarin je alle details vindt. Op de slides met ’tools’ kan je klikken op de logo’s van de verschillende aanbieders voor meer informatie.

Wil je meer weten over dit onderwerp? Neem dan contact op met Onno via onno.smits@boostlogix.com of 06-30852700.

Daarna was het de beurt aan Lette Vrijhof – Quality & Sustainability manager bij De Rooy die ons mee nam in hun praktijkaanpak. Zij begon haar verhaal met de geschiedenis van dit 100 jaar oude familiebedrijf. Sinds 2009 richt van Rooy zich volledig op het vervoer van trucks en tractoren, waarin zij een leidende marktpositie hebben. Daarnaast is de Dakar Rally hun passie.

Bij de Rooy zijn ze volop bezig met duurzaamheid, zowel in acties als het bestuderen van de theorie. Duurzaamheid vinden zij belangrijk omdat het loont, omdat het moet en omdat het hoort.
De tips van Lette zijn;
• Begin klein, maar begin nu, want er komt veel op je af
• Het is niet de taak van 1 persoon, maar je moet het samen doen
• CSRD hoeft niet in 1 keer perfect, als je maar documenteert en kan toelichten
• Besef dat het nieuw is voor iedereen

Via de groene button hieronder klik je door naar de presentatie van de Rooy met alle details.

Zoek je inspiratie en wil je meer weten over hoe de Rooy het aanpakt? Neem dan contact op met Lette via lette.vrijhof@derooy.com of 06-57258313.

Er was mooie interactie met de aanwezigen, er de urgentie om met deze uitdagingen aan de slag te gaan is wel doorgedrongen. Dus goed om alles nu zo op een rijtje te krijgen.

Meer informatie:
Mocht je nog vragen hebben over deze bijeenkomst of dit onderwerp, neem dan contact op met Nicolien Hendrickx via nicolienhendrickx@vijfsterrenlogistiek.nl.

 

 

Nicolien Hendrickx: ‘Samen de grote transities toekomstbestendig realiseren’

In ‘De Barometer’ van Bedrijvig Online beoordelen vertegenwoordigers van overkoepelende brancheorganisaties het ondernemersklimaat in Noordoost-Brabant. In deze editie het oordeel van Nicolien Hendrickx, programma manager van Vijfsterren Logistiek.

Hoe gaat het met het ondernemersklimaat in NO-Brabant?
“De regio kenmerkt zich door hardwerkende en zelfredzame ondernemers. Het is een roerige en wat onzekere tijd en toch blijven ondernemers kansen zien en naar de lange termijn kijken. Met name de diversiteit aan bedrijven en sectoren zorgt ervoor dat mindere resultaten in de ene sector, gecompenseerd kunnen worden door betere resultaten in andere sectoren. Dit zorgt voor een redelijk stabiele economische situatie. Ook de aanwezigheid van het grote aantal familiebedrijven die echt naar de lange termijn kijken en minder ‘van slag raken’ door de dynamiek van alle dag draagt hieraan bij.”

Wat zijn de grootste uitdagingen die jullie zien?
“Met de beschikbare mensen en middelen een zo goed mogelijke logistieke dienst vervullen tegen acceptabele kosten en zo min mogelijk uitstoot is de uitdaging. Dit vraagt onder andere om digitalisering van processen, verduurzaming van panden en vervoersmiddelen, sterke samenwerking, maar ook een goed vestigingsklimaat. Voldoende personeel dat ook in de regio kan werken en ruimte voor ontwikkeling van hier reeds gevestigde logistieke bedrijven is daarvoor van groot belang. Een belangrijke externe factor is de spanning tussen het imago van de sector en de druk en de veeleisendheid die consumenten hebben ten aanzien van product beschikbaarheid en leveringen.”

Waar liggen de kansen?
“Er is ontzettend veel kennis beschikbaar bij partners, collega’s, klanten en concurrenten. Als we die kennis bij elkaar brengen, is het veel eenvoudiger om tot oplossingen te komen op het gebied van duurzaam vervoer, personeel en nieuwe investeringen. We hebben elkaar nodig en kunnen samen de grote transities toekomstbestendig vormgeven, inrichten en realiseren.”

Welk advies geven jullie ondernemingen in onze regio?
“Denk niet dat je er alleen voor staat. Vrijwel alle ondernemers worstelen met dezelfde uitdagingen. Zoek elkaar op, stel een hulpvraag, deel kennis, laat je inspireren en ga samenwerken. Samen kennen we heel veel mensen met heel veel oplossingen en goede praktisch uitvoerbare ideeën.”


Dit is een artikel van Bedrijvig Online.
Je vind het artikel ook in Bedrijvig Magazine (Oss/Maashorst/Meierijstad) op pagina 9.

Miljoeneninvestering om positie Osse haven te versterken

Oss gaat 7,6 miljoen euro investeren om de concurrentiepositie van de Osse haven te verbeteren. Ongeveer de helft daarvan komt uit een subsidiepot van het ministerie.

Dat geld was al in 2012 ontvangen maar er was nog geen goed plan om het aan uit te kunnen geven. Er stond wel druk op, omdat het subsidiegeld niet op de plank mocht blijven liggen.

De afgelopen jaren is er uitgebreid overlegd tussen de gemeente en de twee belangrijkste partijen in het havengebied: grondeigenaar BMC en OOC Terminals. In 2019 leek er al een deal te zijn maar die liep mis omdat er onenigheid was over de uitgangspunten. Dat leidde zelfs tot een gang naar de rechter, maar inmiddels lijken alle plooien weer te zijn gladgestreken.

Meer capaciteit
Begin dit jaar kwam er namelijk een nieuw plan op tafel dat wel haalbaar lijkt. Daarin wordt de overslagcapaciteit voor vervoer over weg, spoor en water uitgebreid door nieuwe opstelsporen aan te leggen. In plaats van twee treinen per dag kunnen er dan vier tot vijf per dag worden afgehandeld. Ook komt er een nieuwe kade in de haven waardoor wachtende schepen meer ruimte krijgen.

Volgens de gemeente wordt de Osse haven hierdoor economisch gezien een stuk aantrekkelijker. De subsidie van het Rijk die wordt ingezet, bedraagt 3,8 miljoen euro. Oss moet zelf 3,2 miljoen euro investeren. De Osse gemeenteraad wordt nu gevraagd om in te stemmen met het plan.


Dit is een artikel van Dtv Nieuws.

Wat de Osse haven een parel maakt

Aflevering negen van Ondernemen in Oss, de podcast! Met deze keer: Michel van Dijk, directeur bij Van Berkel Logistics.

“Oss heeft één van de mooiste havens van Brabant: hier kunnen de grootste schepen varen”, vertelt Michel aan tafel bij Damian van Essen en Frank den Brok in de video hieronder.

Goederenvervoer Meierijstad duurzaam & bereikbaar

Onlangs is een onderzoek uitgevoerd naar duurzame mobiliteit en bereikbaarheid in Meierijstad. POM heeft -mede namens de gemeente en provincie- BCI gevraagd om vanuit het ondernemersperspectief te onderzoeken waar de kansen en knelpunten liggen in de gemeente om emissies veroorzaakt door transport en congestie op de weg te verminderen. Door middel van gesprekken met bedrijven en uitkomsten van een survey die is uitgezet bij bedrijven is dit in kaart gebracht.


Uit het onderzoek blijkt onder andere dat bedrijven bereid zijn te investeren in duurzaamheid, maar onzekerheid over beleid en belemmeringen zoals netcongestie werken remmend. Daarnaast is er een duidelijke rol weggelegd voor de klant in het verduurzamingsproces. Congestie op de weg is een probleem, maar slechts een klein deel van de ondernemers heeft top op heden concrete maatregelen genomen.

Benieuwd naar de uitkomsten en maatregelen die tot oplossingen kunnen leiden? Download dan hier het onderzoeksrapport en de voorgestelde verbetermaatregelen.


Dit is een artikel van POM.

8-9 november 2023: ICT & Logistiek 2023

Niemand kan voorspellen hoe de toekomst in transport en logistiek eruitziet. Het enige wat we kunnen doen, is onze operaties weerbaarder, wendbaarder en efficiënter maken. Kortom: fit for the future.

Kom naar ICT&Logistiek 2023 en laat je inspireren voor concrete oplossingen voor de vraagstukken van vandaag en morgen. 8 en 9 november 2023 bij Jaarbeurs, Utrecht.

Ook DDSZ is aanwezig op 9 november.

Ga voor alle informatie naar de website van ICT & Logistiek.

Meierijstad wil waterstof-aftak van toekomstig ondergronds buizenstelsel

Het duurt nog wel even en het zijn voorlopig voornemens, maar het Rijk is van plan om tussen pakweg 2026 en 2028 een soort van ondergrondse snelweg door Brabant aan te leggen van Rotterdam naar Limburg en Duitsland. Niet voor auto’s, maar voor buizen waar vloeistoffen doorheen gaan. Meierijstad hoopt ervan mee te profiteren…

Zie onderstaande video.


Dit is een artikel van Omroep Meierij.

Jumbo zet in op voertuigen met stekker

Bij Jumbo is duurzaamheid een vast onderdeel van de bedrijfsvoering. Het streven is vóór 2030 volledig CO2-neutraal te zijn. Ook in de logistieke processen wil Nederlands supermarktketen het energieverbruik zo veel mogelijk verminderen. In 2018 werd de eerste volledig elektrische vrachtwagen in gebruik genomen en een jaar geleden volgde de tweede. “Onze ambitie is om 40% van de dieselvloot voor 2030 te vervangen door voertuigen met een batterij.”

Deze transitie is niet de eerste uitdaging waar Wilko Maas, verantwoordelijk voor alles wat transport aangaat, in de tijd dat hij bij Jumbo werkt voor staat. Na de overname van winkelformules C1000 en Super de Boer negen jaar terug was hij verantwoordelijk voor het stroomlijnen van de verschillende wagenparken. En de afgelopen jaren explodeerde de home delivery service, die in 2016 was opgezet. Het gevolg was een enorme groei van de bestelwagenvloot naar 650 eenheden. Nu ziet hij zijn functie veranderen van vloot- naar transitiemanager. “Al die jaren dat ik in de branche werk, tanken we diesel en praten we over pk’s en koppel. Straks gaat het alleen nog over vermogens en beschikbaarheid.”

Ervaring opgedaan
Om toe te werken naar de emissievrije bevoorrading van de 722 supermarkten in Nederland en België zet Jumbo in op voertuigen met een stekker. Met de komst van een DAF CF electric ruim vier jaar geleden en een Scania BEV vorig jaar zijn de eerste stappen gezet. “Het verschil tussen de eerste en de tweede generatie is gigantisch”, vertelt Maas over de ervaringen die tot nu toe zijn opgedaan. “De actieradius is groter, het verbruik is lager en mede daardoor is ook de bereidheid van chauffeurs toegenomen. Toen we in 2018 startten met het project, waren we bang dat we regelmatig stil zouden komen te staan met storingen. In de praktijk blijkt dat helemaal niet het geval.”

Toch leven er bij Maas en zijn team nog veel vragen. Met name over het opladen van de voertuigen, wat een compleet andere manier van plannen met zich meebrengt. “Er komt een nieuwe dynamiek bij: batterijmanagement. Hoe vol zit de accu en kan de volgende rit nog gemaakt worden? Waar blijft de chauffeur in de tussentijd? In het routeschema moeten we laadmomenten inbouwen en hier moeten we aan de voorkant van het proces al rekening mee houden. Gelukkig wordt dit, naarmate de actieradius groter wordt, steeds makkelijker.”

Enorm onderschat
Om de schappen gevuld te krijgen, heeft Jumbo dagelijks 600 trucks op de weg. Daarvan is ruim een derde eigen vervoer. Om de instroom van meer elektrische voertuigen mogelijk te maken, richt Jumbo zich eerst op het uitbreiden van de stroomcapaciteit en het inrichten van laadpleinen. “De stroombehoefte die de hele transitie met zich mee brengt, onderschat iedereen enorm”, zegt Maas. “Als we alle dieseltrucks die in Veghel gestationeerd zijn vervangen door elektrische, heeft Jumbo meer stroom nodig dan 10.000 huishoudens bij elkaar.”

De vlootmanager legt uit dat de benodigde netcapaciteit verschilt per distributiecentrum en dat Jumbo prioriteit geeft aan de DC’s die winkels in milieuzones bevoorraden. Waar technisch mogelijk zijn de centra voorzien van zonnepanelen, maar de energie die daarmee opgewekt wordt, is hard nodig voor het koelen van de panden. “We zijn aan het aftasten wat er gebeurt op industrieterreinen en praten met gemeenten, brandstofleveranciers en investeerders over hun plannen. We ontkomen er niet aan om hierin samen op te trekken, want er zitten nog best wat haken en ogen aan deze transitie.”  

Naast batterij-elektrisch heeft Jumbo ook een aantal hybride trucks in gebruik. Om versneld te elektrificeren in milieuzones, zou Maas er hiervan graag meer in gebruik nemen. “Het voordeel is dat je emissievrij kunt rijden wanneer dat nodig is, zonder op actieradius te hoeven inleveren. We hebben hier de afgelopen jaren hele goede ervaringen mee opgedaan. Helaas erkent de overheid hybride voertuigen niet als zero-emissie en dat maakt het een lastige investering.”

Alles in één voertuig
In de tussentijd doet Jumbo er alles aan om de uitstoot tijdens het transport zoveel mogelijk te beperken,  bijvoorbeeld door routes slimmer te plannen en beladingsgraden te optimaliseren. Met de komst van een control tower en een nieuw transport management systeem slaagt de supermarktketen er in het transport steeds efficiënter en minder milieubelastend te organiseren. Dat alle trucks zijn uitgerust met meerdere koelzones waarmee verschillende temperatuurstromen in één rit kunnen worden vervoerd, en chauffeurs waar mogelijk afvalstromen uit de winkels mee terug nemen, draagt hier ook aan bij.

Geen gedeelde stadshubs
Kijkend naar de toekomst ziet Maas, los van de transitie-uitdaging waar hij voor staat, niet veel veranderen voor Jumbo’s transportmanagement. In het terugbrengen van vervoerstromen door gedeelde stadshubs gelooft hij niet. “Dat kan interessant zijn voor pakketbezorgers, maar wij rijden met volle trailers naar de winkels. Het heeft niet veel zin om die lading eerst over te hevelen op een aantal kleinere voertuigen. Los van milieu leg je dan ook meer druk op het stadsverkeer.”

Maas sluit af met een duidelijk uitspraak: “Links- of rechtsom, transport zal duurder worden. Met de ervaringen die we hebben opgedaan, en kijkend naar de kosten van een elektrisch rijden vandaag de dag, is dat een ding wat zeker is.”


Dit is een artikel van Transport & Logistiek.

24 oktober 2023: Bijeenkomst: Afsluiting Digital Data Square Zuid-Nederland

Terugblik:
 
Dinsdag 24 oktober 2023 was de afsluiting van Digital Data Square Zuid-Nederland bij VDL Steelweld in Breda. Het was een inspirerend programma waarin ingegaan werd op innovaties uit de praktijk en hoe deze bijdragen aan ‘On Time In Full’ leveren alsook aan het grotere doel ‘smart & social logistics’.
 

Vijfsterren Logistiek is in dit DDSZ-project samen met Logistics Community Brabant (LCB) en de regio’s REWIN West-Brabant, Midpoint Brabant en Supply Chain Platform Zuidoost-Brabant, in april 2021 aan de slag gegaan om de digitaliseringsgraad van het Supply Chain werkveld in Zuid-Nederland verder te verhogen. In samenwerking met 17 deelnemende bedrijven, waaronder Nabuurs, Vetipak, MCA en Collect + Go uit onze regio, zijn recent vier proeftuinen gestart rondom de data- en digitaliseringstechnieken: AVS (Augmented reality – Virtual reality – Serious gaming), SSCC (Smart Supply Chain Contracts), robotisering en Digital Twin.

 
Na een welkomswoord en korte introductie van DDSZ en LCB door projectleider Nicolien Hendrickx gaf zij het woord aan Karel Smits van VDL Steelweld.

Hoewel VDL met 107 bedrijven de slagkracht heeft van een multinational blijft het toch echt een familiebedrijf. VDL Automated Vehicles is een dochteronderneming van de VDL Groep en toonaangevend leverancier van zware geautomatiseerde transportoplossingen. In 2009 is VDL gestart met de ontwikkeling van de eerste AGV’s (Automated Guided Vehicles). De kernactiviteit is het ontwikkelen, produceren en implementeren van geautomatiseerde horizontale transportoplossingen voor zware toepassingen. Op dit moment worden er naast de openbare weg ook automatiserings-projecten uitgevoerd in allerlei andere omgevingen.
In DDSZ heeft VDL samen met Frigo Breda onderzoek gedaan naar de mogelijkheden van autonoom transport op semi-openbaar terrein. Op papier is er al geleerd hoe van A naar B te rijden, het vervolg is nu een proof of concept in Antwerpen.

 
Hierna volgde een interactieve OMDENKEN-sessie; een theatraal programma over de basis van het omdenken. Met humor, inzichten en handvatten om anders naar problemen te kijken én om zo ook logistiek vanuit een nieuw perspectief te bekijken. Omdenken is een manier van denken en doen waarmee je van een probleem een mogelijkheid maakt. Niet het probleem op lossen, maar juist bij omdenken kom je vaak tot nieuwe mogelijkheden.
 
Leo kemps van Logistics Community Brabant (LCB) sloot dit deel van het programma af met ten eerste een staande ovatie voor projectleider Nicolien. En daarnaast een oproep aan bedrijven om vooral aan te kloppen bij LCB met hun initiatieven, zodat LCB meer vraaggestuurd kan gaan werken.
 

Het programma vervolgde beneden in de fabriekshallen van VDL Steelweld, waar het mogelijk was een rondleiding te krijgen langs oa. diverse AGV’s en special products. Uiteraard werden ook de innovaties uit het DDSZ-project aan het publiek gepresenteerd op het proeftuinenplein. Er waren mooie ontwikkelingen te zien op het gebied van Robotics, de Digitale Atlas, Smart Supply Chain Contracts en Augmented Reality, Virtual Reality en Serious Gaming.

 

De deelnemende bedrijven werkten samen in 4 verschillende proeftuinen:
• AVS (Augmented reality – Virtual reality – Serious gaming) waarbij de laatste AVS-technieken werden doorontwikkeld, getest en in de praktijk toegepast. Met name inzet van AVS voor het onboarden en trainen van medewerkers kreeg hierbij de aandacht.
• Robotisering en data-driven robotiseringstechnieken werden in de proeftuin doorontwikkeld en getest zodat bijvoorbeeld complexe multitask pick & pack processen in de toekomst gecombineerd en gekoppeld kunnen worden. Daarnaast is ook onderzoek gedaan naar het gebruik van robots (en Artificial Intelligence) binnen én buiten de muren van de logistieke operatie.
• SSCC (Smart Supply Chain Contracts) combineert Artificial Intelligence, Internet of Things (sensoring), blockchain en identifying (SSI/DID’s) technieken in cloud-oplossingen zodat deze werkbaar in te zetten zijn voor zelfregulerende supply chain processen.
• Digital Twin waarbij de Digitale Atlas verder doorontwikkeld is. Hiermee is met één druk op de knop realtime de bereikbaarheid van Zuid-Nederland beschikbaar en komt data gedreven besluitvorming weer een stap dichterbij.
 
En er was natuurlijk tijd om samen na te praten en te netwerken met een heerlijk hapje en drankje.
Het project ‘Digital Data Square Zuid-Nederland’ wordt formeel afgesloten op 31 december 2023 en is mogelijk gemaakt door een bijdrage uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling in het kader van OPZuid én door een bijdrage van de Provincie Noord-Brabant. Deelnemende bedrijven: Monotch bv, Bridgestone Mobility Solutions bv, Ster Projects, Logistic Force, Alba Concepts bv, Collect + Go, Cofano Software Solutions bv, Euro-Rijn XL Logistics bv, Frigo Breda Forwarding bv, MCA Brabant, Vetipak, Optiply bv, Otentic Logistics bv, Travis Road Services International bv, VDL Steelweld bv, Nabuurs bv, Weconomics, West-Brabant Corridor bv, Pharox, Sentors, Argaleo, Stratopo, the Dutch Automated Mobility Network, Cboost, Je bent jong en je wil wat, Enversed, Breda University of Applied Sciences, Midpoint Brabant, NV REWIN West-Brabant en Vijfsterren Logistiek.

Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met projectleider Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 

Nabuurs kies voor voor een integrale benadering van warehousing en transport

Passend binnen het thema smart supply chain contracts is het doel een breed inzetbare en bruikbare tool te ontwikkeling (cloud) welke is gericht op het balanceren en optimaliseren van de werklast over meerdere schakels in de keten.

De afgelopen jaren is gebleken dat resources, in de breedste zin, niet ongelimiteerd beschikbaar zijn. Het optimaal gebruiken of verbruiken van de, op dat moment beschikbare, resources is van essentieel belang om duurzaam en kostenbewust te ondernemen.
Het is ons doel een tool te ontwikkelen welke bijdraagt bij capaciteitsmanagement en werklastoptimalisatie. Hierbij wordt in eerste instantie gekozen voor een integrale benadering van warehousing en transport, waarbij wordt gewerkt volgens de wet van de communicerende vaten.


Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 
Dit is een artikel van LCB.
 

Vetipak/Vewoet werkt samen met Omron en Fizyr om de opslag en verpakking van producten te automatiseren

Vewoet werkt samen met Omron en Fizyr om de opslag en verpakking van producten te automatiseren. In de bedrijfscase ligt de focus op het in beeld brengen en dimensioneren van voorwerpen (via zowel 2D als 3D camera’s) om deze informatie naar een robot te sturen, waarna deze zelfstandig het product kan pakken en verplaatsen. De uitdaging is het bewerkstelligen om met een camera zowel 2D als 3D voorwerpen te kunnen zien. Het doel van deze stap is om de juiste techniek te zoeken om zowel 3 dimensionale producten als vlakke (heel dunne) producten te zien, te identificeren en dit om te zetten naar werkbare data waarmee een robot gevoed kan worden.

De volgende stap is om de gedimensioneerde informatie naar een robot te verzenden en vervolgens het omzetten van beelden naar data ten behoeve van robot.
Op dit moment worden producten geselecteerd voor dimensionering.


Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 
Dit is een artikel van LCB.
 

Collect+Go neemt administratie uit handen van chauffeurs

Verladers en transporteurs datagedreven samen laten werken door de administratie volledig op de achtergrond te laten lopen. Dat is de uitdaging voor Collect + Go binnen DDSZ. Het Bossche bedrijf pakt deze uitdaging op door het vrachtafhandelingsproces steeds verder te digitaliseren met haar e-CMR oplossing.

‘Binnen DDSZ zijn we bezig om het administratieve proces voor containertransport te koppelen aan beveiligde gate in en gate out processen. De digitale stroom volgt daarin de fysieke afhandeling van ladingen. Hierdoor wordt het proces veiliger en betrouwbaarder’, vertelt Hans Togtema van Collect + Go. ‘Chauffeurs die werken met de CargoCard van Secure Logistics rijden op de terminal de poort uit met hun afgetekende digitale documenten op zak. Hiermee verbeteren wij de beveiliging en snelheid in afhandeling op de terminal. De chauffeur zet bij gate out automatisch zijn
handtekening als de slagboom open gaat. In beveiligde omgevingen is dit krachtige proces vrij eenvoudig te activeren. Dat maakt het heel krachtig in de adoptie.’

Verschillende systemen
Op dit moment draait dit proces al bij de Combi Terminal Twente in Hengelo, vertelt Togtema. ‘Bij de terminals hebben we te maken met het import- en exportproces voor containers. Het uitgifteproces voor import is voor iedereen hetzelfde bij regionale en mainport terminals. Dit gaat inmiddels goed, want daar wordt bijna altijd met de CargoCard gewerkt. Het exportproces is uitdagender, omdat het proces dan start bij de producenten. Die werken met verschillende ERP-systemen. Door deze systemen geschikt te maken voor uitgifte via e-CMR jagen we digitalisering in de keten aan. Het zou mooi zijn als straks iedere container, die via een Nederlandse haven binnenkomt of doorgestuurd wordt, gebruik maakt van e-CMR. Daar doen we het allemaal voor.’

Meer grip
Naast het verder digitaliseren van het vrachtproces is Collect + Go ook betrokken bij het Joint Systems project. ‘Dit is een spin-off van DDSZ, waarin wij samen optrekken met Sentors, Pharox, Innotractor, Secure Logistics en Modality. Gezamenlijk bieden wij nieuwe technologieën aan bij multimodale overslagterminals, vervoerders en verladers, zodat zij meer grip krijgen op hun multimodale transportprestaties. Het is gaaf dat ook deze innovatie via DDSZ op gang is gebracht.’

Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 
Dit is een artikel van LCB.
 

Met de Digitale Atlas creëert MCA Brabant duidelijk inzicht

Het Digitale Atlas project, waarin MCA Brabant binnen DDSZ samenwerkt met LCB, krijgt steeds meer vorm. De Digitale Atlas wordt inmiddels gebruikt in een testomgeving en biedt volgens directeur Hendrik-Jan van Engelen van MCA Brabant diverse nieuwe inzichten voor de eindgebruikers.

Door beter inzicht in goederenstromen, beschikbare capaciteit, toekomstig onderhoud en de impact van mogelijke verstoringen, kunnen alle partijen in de keten met behulp van de Digitale Atlas betere afwegingen maken alvorens zij een knoop doorhakken. Daarnaast biedt de Digitale Atlas kansen om het gebruik van multimodaal transport te optimaliseren en draagt het instrument tevens bij aan de verduurzaming van transport. ‘Voordat we aan de slag zijn gegaan met het ontwikkelen van de Digitale Atlas, hebben wij eerst goed nagedacht over wat we willen laten zien en waar de diverse partijen behoefte aan hebben’, zegt Hendrik-Jan van Engelen. ‘Daarbij is het ook belangrijk om te weten welke datasets en filters nodig zijn om bepaalde trends en ontwikkelingen inzichtelijk te maken.’

Daarnaast biedt de Digitale Atlas ook inzicht in wat voor bedrijvigheid er allemaal plaatsvindt in een gebied en hoe dit multimodaal ontsloten kan worden. Daarbij kunnen diverse aspecten met elkaar gecombineerd worden. In Tilburg worden bijvoorbeeld plannen gemaakt voor bedrijventerrein Wijkevoort. De multimodale ontsluiting hiervoor staat gepland via de Barge Terminal Tilburg Vossenberg, maar uit de informatie van de Digitale Atlas kan je zien dat deze terminal al tegen zijn maximale capaciteit aan zit. Je kunt dan op zoek gaan naar andere mogelijkheden voor het multimodaal transport, waarbij een nieuwe containerterminal op Tilburg Loven uitkomst kan bieden. Met behulp van de Digitale Atlas kunnen wij zo diverse stakeholders actief laten zien wat er gebeurt als zij een besluit nemen over een bepaalde kwestie.’

Verfijnd
De directeur van MCA Brabant hoopt dat de Digitale Atlas in de komende jaren verder wordt verfijnd. ‘De eerste data zijn nu verwerkt in de atlas, maar er zijn tal van andere gegevens die eraan toegevoegd kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan een onderscheid in de verschillende vaarwegen en snelwegen waar veel vrachtverkeer overheen rijdt. Hoe completer de Digitale Atlas is, des te gerichter kun je acties gaan uitvoeren om goederenstromen in goede banen te leiden. Zo kunnen we de Digitale Atlas stap voor stap verder brengen.’
 

Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 
Dit is een artikel van LCB.
 

Monotch maakt logistieke data beter beschikbaar en inzichtelijk

Monotch bouwt binnen het thema Leefbare Stad met behulp van hun TLEXplatform aan slimme toegang tot steden. ‘Wij willen beschikbare data nog beter beschikbaar stellen’, zegt Paul Potters van Monotch. ‘Zodanig dat beleidsmedewerkers ontdekken hoe waardevol deze data zijn en wat je ermee kunt.’

Het internationaal opererende Monotch helpt steden en regio’s om hun slimme mobiliteitsdoelstellingen voor de toekomst te bereiken en mobiliteitswensen te faciliteren. Potters geeft aan dat binnen DDSZ de focus van Monotch met name gericht is op de logistieke sector. ‘Via ons TLEX-platform worden per dag miljarden berichten uitgewisseld. Daaruit kan het systeem data destilleren, die vervolgens zichtbaar wordt gemaakt in de Digital Twin – een visualisatieplatform – van Argaleo.

Op het gebied van datagedreven beleid is de logistieke sector nog een ondergeschoven kindje. Met behulp van logistieke data kunnen deze slimme platformen in beeld brengen wat goederenstromen voor invloed kunnen hebben op de omgeving. Hierdoor krijgen beleidsmedewerkers van gemeenten en provincie inzicht in verkeersstromen in hun regio.’

Verkeersdoorstroming
Dit alles draagt bij aan optimalisering van het logistiek operationeel proces. ‘Via ons platform kunnen lokale, regionale en landelijke wegbeheerders de verkeersdoorstroming verbeteren. Tevens kunnen ze hun verkeersbeleid implementeren en analyseren op basis van real-time verkeersgegevens. Zo krijgen zij dus niet alleen inzicht in verkeersmanagement scenario’s, maar kunnen zij ook eenvoudig knelpunten signaleren in de beschikbare infrastructuur. Deze zaken zijn erg belangrijk om in de toekomst slimme mobiliteitsdoelstellingen voor logistieke bedrijven te kunnen realiseren.’


Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.
 
Dit is een artikel van LCB.

Otentic ontwikkelt een real-time WMS-systeem

In het project Digital Data Square Zuid-Nederland (DDSZ) ontwikkelt Otentic Logistics B.V. een real-time WMS-systeem waarbij ook klanten en leveranciers via een 2-way web informatie aanleveren. Zo lukt het
om data te verrijken en de supply chain te digitaliseren.

Na eerder deelgenomen te hebben aan het project DALI, neemt Otentic Logistics nu ook deel aan DDSZ. ‘Otentic wil stappen maken in het digitaliseren van haar werkprocessen’, zegt Koen Voogt van het bedrijf. ‘Ons magazijn is inmiddels gedigitaliseerd. In het DDSZ-project richten wij onze aandacht op het ontwikkelen van een portal waarin wij ook gegevens met onze klanten, leveranciers en de interne douaneafdeling geautomatiseerd kunnen uitwisselen.’

Deze portal is volgens Koen meer dan welkom. ‘Nu moet informatie van klanten nog worden overgetypt om in ons eigen systeem te zetten. Dat kost niet alleen veel tijd, maar is ook enorm saai. Bovendien neemt zo de kans op fouten toe. Als onze klanten zelf documenten kunnen uploaden via een portal, dan voorkomen we dat bepaalde werkzaamheden dubbel moeten worden uitgevoerd. Hierdoor kunnen wij met hetzelfde aantal mensen in de toekomst meer productie draaien. Onze klanten hebben het voordeel dat zij de goederen uit hun zendingen nu precies kunnen volgen.’

Fundament
Hij geeft aan dat het fundament voor het nieuwe portal inmiddels is gelegd. ‘Het systeem is in april 2023 live gegaan. Onze douane afdeling maakt al gebruik van het nieuwe systeem en ook een aantal klanten is inmiddels toegevoegd. In de komende periode willen we dit systeem verder uitbreiden en hier steeds meer ketenpartners aan toevoegen.

De bedoeling is dat we gaan werken met standaard opdrachtformulieren die direct worden ingelezen in het systeem. Daarnaast willen we alles zodanig inrichten dat alleen de bevoegde personen binnen een organisatie toegang hebben tot de portal.
Wij hebben hier lang naartoe gewerkt, daarom hopen wij dat dit een succes gaat worden. Inmiddels hebben wij de basis van dit WMS-systeem ook overgedragen aan Breda University of Applied Sciences, zodat studenten dit pakket in hun opleiding kunnen gebruiken.’

Inspirerend
Voogt is blij met de deelname van Otentic Logistics aan DDSZ. ‘De subsidie die wij hebben ontvangen, was een steun in de rug om de businesscase rond te krijgen. Maar ook de bedrijfsbezoeken die worden georganiseerd vanuit DDSZ zijn de moeite waard. Het werkt enorm inspirerend om eens een kijkje in de keuken te mogen nemen bij andere organisaties en zet je ook aan tot nadenken over je eigen organisatie.’
 
In deze video leggen Koen Voogt, Martijn Doodewaard en Martijn Pelkmans uit hoe Otentic te werk is gegaan en wat de grote voordelen zijn van het nieuw ontwikkelde systeem:

Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.

 

12 oktober 2023: DDSZ-event: Sensoriek in Opslag en Transport

Terugblik:

Altijd willen weten hoe een batterij wordt gemeten? Cboost en Louwman Logistics ontwikkelen samen een werkmethode om veilig en gemakkelijk de batterijstatus te meten. Daarbij wordt constant spanning, temperatuur en vochtigheid gemeten. Door dit structureel en real-time te doen kunnen batterijen veiliger en kwalitatief beter worden opgeslagen, waarbij data automatisch bij partijen in de keten binnen stroomt. Het voorkomt onnodig intern transport en extra handelingen doordat dit niet langer handmatig hoeft. Bovendien leidt transparantie van data in de keten tot een uniek concurrentievoordeel en een hechte samenwerking!

Cboost en Louwman Logistics doen dit onder de vlag van het project Digital Data Square Zuid-Nederland (DDSZ). Op 12 oktober was DDSZ te gast bij Louwman & Parqui B.V.. Daar presenteerde Cboost de voordelen van sensoriek en hun toepassingen daarvan op de bedrijfsprocessen van De Graaf Logistics BV, Euro-Rijn XL Logistics en Louwman Logistics.

Wil je weten welke toepassingen er zijn ontwikkeld? Bekijk de video hieronder.

 
Meer informatie over DDSZ:
Neem contact op met projectleider Nicolien Hendrickx via hendrickx.n@lcb.nu of 06-53947916.